Holocaustjoden-2 | replieken
Op mijn stuk Holocaustjoden kwam een nogal persoonsgetinte repliek van Tom Ronse. Ik heb hem toelating gevraagd om zijn repliek ook hier te plaatsen maar hij beantwoordde mijn verzoek niet. Desgewenst kan u hem lezen op de hierboven aan zijn naam gekoppelde link.
Mijn antwoord luidt als volgt
Dank Tom voor je reactie. Natuurlijk zijn antisemitisme en antizionisme niet hetzelfde en ik heb op geen enkel moment iets anders betoogd al probeer je me dat – met spijt – in de pen te leggen.
Vrijheid van meningsuiting is totaal of is niet. De wet op Holocaustontkenning bijvoorbeeld is een onding, een schande. Weerleg de ontkenners, zoals ik deed in De uitbuiting van de Holocaust (1990 en 2001) of draai de rollen om: geef ze huiswerk (Huiswerk voor Holocaustontkenners)
Het Carnaval van Aalst is een tijdelijke vrijplaats voor uitwassen van vrijheid van meningsuiting. Mijn maag keert en de vieze smaak in mijn mond is niet weg te bannen. Ik hou niet van dit soort uitwassen (ook niet van fascisme als uitwas van democratie), maar laten we dat mijn probleem noemen. Maar het ontgaat me compleet waarom je de draak mag steken met ‘vuil Jeanetten’ en niet met ‘orthodoxe joden’ of welke minderheidsgroep dan ook. Ik wou dat ik niet consequent was en dergelijke uitspattingen en vrijplaatsen wel kon verbieden, maar dat is tegen mijn overtuiging en ideologie. Het Carnaval van Aalst en wat daar vertoond wordt is, tot nader orde, geen politiek, noch een politieke partij. Dat is wat anders en dat is een ander debat. Ze mogen niet met elkaar verward worden.
Heeft iemand ook maar één goed argument waarom je, zoals Tinneke Beeckman stelde in De Afspraak, één uitzondering kunt of moet maken op de vrijheid van meningsuiting? Zullen we zoals het United States Holocaust Memorial and Museum (Washington) begin vorig jaar stellen dat de ‘Holocaust’ onvergelijkbaar is, met niets vergeleken mag worden en dat wie dat wel doet (of erger, die genocide ontkent of met joden – en dus??? – met de ‘Holocaust’ spot, zwaar in de fout gaat, aan antisemitisme doet of een antisemiet is? (zie hierover het meesterlijke Why historical analogy matters van Peter E. Gordon). Kom nou!
Beeckman ging in de fout door het gespot in Aalst met orthodoxe joden te veroordelen OMDAT het volgens haar om de ‘Holocaust’ ging. Geen sprake van! Waar op die praalwagen stond een duidelijke verwijzing naar die judeocide? Waar hing een hakenkruis, een afbeelding van Hitler of de SS? De gelijkenis met beelden uit Der Ewige Jude is er, maar joden werden – zoals Tom zelf opmerkt - al lang voor 1940 op die wijze voorgesteld in het christelijk antijudaïsme (niet te verwarren met antisemitisme al zijn de gevolgen wel gelijkaardig). Overigens is Der Ewige Jude van 1940 en begon de genocide pas eind 1941. Er is geen aantoonbaar direct verband tussen beide.
Is er sprake van Aalsters racisme zoals Tom stelt? Hij toont dat niet aan en het lijkt me ook razend moeilijk om dat te doen (de hersenen van de makers blootleggen?). Maar als er sprake van zou zijn, dan ook van Aalsters seksisme, homofobie en wat al niet meer.
Dat Tom ook nog eens meent dat ik het - niet door hem bewezen - Aalsters racisme help goed te praten, raakt me diep en vind ik eerlijk gezegd een schandelijke uitspraak. Maar goed, ook die vrijheid van meningsuiting, al ervaar ik ze als een belediging, mag van mij. Dat ik een oogje zou dichtgeknepen hebben voor antisemitisme omdat orthodoxen een ‘rol spelen in de kolonisatiepolitiek van Israël’ is een opmerking van hetzelfde slag. Kan Tom mijn kwade bedoelingen raden, mijn hersenen lezen? Schreef ik niet ‘nogal wat orthodoxe joden’? Waar staat dat ik zoals Tom beweert ik alle orthodoxen of alle joden over één kam zou scheren? Ik schreef hierover en over macht van joden (inderdaad, niet ‘de’ macht van ‘de’ joden) omdat Teitelbaum in Bogota de schrapping van het Carnaval van Aalst van de werelderfgoedlijst bekwam en dat in een interview verdedigde met een verwijzing naar de (zogenaamde) kwetsbaarheid van de joden. Daarom en daarom alleen moest ik het hebben over de macht van nogal wat orthodoxe joden op de West Bank en over de ten opzichte van Palestijnen en de Palestijnse staat repressieve macht van de Israëlische staat. Zo kwam zionisme aan de orde, niet om antisemitisme goed te praten.
Het centrale en belangrijkste punt van mijn bijdrage was en is dat we 75 jaar na het einde van de jodenuitroeiing door de nazi’s, door een niet aflatende Amerikaans-joodse en Israëlische propaganda over de ‘Holocaust’ (begonnen in 1978) zozeer geïndoctrineerd zijn dat we elke vorm van kritiek op joden (en juist, niet ‘de’ joden) opvatten en afstraffen als antisemitisme. Weg met de vrijheid van meningsuiting, snoer iedereen de mond, jaag al wie – zoals ik, zoals Christophe Busch – een holocaustmuseum wil openbreken door evenveel aandacht te besteden aan alle genocides en hedendaagse grootschalige schendingen van mensenrechten, jaag ze de Dossinkazerne uit, maak ze tot persona non grata! Ook Toms intolerante reactie toont dit alles pijnlijk aan.
De uitzondering op de vrijheid van meningsuiting die Tinneke Beeckman en Tom Ronse wil invoeren, is uit den boze voor wie die vrijheid behouden wil. Uit enkele lovende reacties die ik op dit stuk kreeg van enkele mensen en enkele in dit domein beslagen autoriteiten blijkt dat deze precensuur tamelijk wat mensen hoog zit, al durft helaas bijna niemand het nog luidop te zeggen (let wel, dit is geen gezagsargument, mensen die mijn stuk op het Salon gelezen hebben en me persoonlijk bijtraden, hadden en mogen dat op dat medium doen).
Tom lijkt te beweren dat er op de praalwagen wel ratten zaten (‘een rat op de schouder’). Als dat het geval is dan heb ik me vergist, maar ik vind die rat(ten) die Teitelbaum en Tom Ronse zien niet terug. Niet dat de aanwezigheid van die rat(ten) doorslaggevend is (zie hierboven) maar als ik me vergist heb, zou ik dat graag willen toegeven. Op de foto in Toms stuk kun je met de nodige verbeelding iets als een rat op de rechterschouder zien van de jood rechts, maar in feite gaat het om de gebogen, grijze bovenrand van een omlijsting van een deur of een venster. Ook hier zit veel in het oog van de waarnemer, in zijn/haar stereotypen.