Van goden en mensen

Hoe komt het dat zoveel mensen in de bijbel geloven terwijl er toch bewezen is dat de mens ergens anders uit is voortgekomen? Als alle mensen 200 jaar (weet ik niet ik noem maar wat) in de bijbel geloofden. En er was voor hen niks anders, hoe komt het dan dat mensen toch dingen zijn gaan zoeken? Is het begonnen met de verlichting in Frankrijk tijdens Lodewijk de veertiende? Nu echt technisch is bewezen dat de aarde heel anders is ontstaan dan door god, hoe kunnen mensen er dan toch nog in blijven geloven, zit dat in hun hoofd een soort houvast? (vraag van een veertienjarig meisje op www.ikhebeenvraag.be

Je vraag is niet hélemaal duidelijk en bevat ook enkele onjuistheden (waarover hieronder meer), maar ik denk dat je bedoelt: Hoe komt het dat mensen blijven geloven in het scheppingsverhaal, bijvoorbeeld Adam en Eva in de joods-christelijke bijbel, terwijl we nu toch al lang weten, zeker sinds de evolutietheorie van Charles Darwin (1859), dat de mens niet geschapen is maar ontstaan uit andere diersoorten? 

Daar zijn veel mogelijke verklaringen voor. Het scheppingsverhaal is eenvoudiger (of, negatief geformuleerd: simplistisch) én het verheft de mens tot het evenbeeld van god, streelt met andere woorden 's mensen ijdelheid. Hoe ongelooflijk dat scheppingsverhaal verder ook moge zijn, alleen hierdoor al is het aantrekkelijk en ogenschijnlijk geloofwaardiger. Wie er in gelooft moet niet verder nadenken; god schiep Adam en iets later, uit een blijkbaar overtollige rib, ook Eva. Toen Eva en Adam ook nog eens ongehoorzaam bleken te zijn en van de boom van kennis (van goed en kwaad) aten, ontdekten ze seksualiteit, schaamte en kregen ze nageslacht. En daarmee is de kous af. Tenminste, àls je niet verder nadenkt. Doe je dat wel, dan kom je al snel in de problemen. Kan dat, iets uit het niets scheppen? Zijn daar andere voorbeelden van? Kan alleen god dat? Kunnen alle goden dat? Waarom zijn er zoveel verschillende goden? Waarom, waartoe heeft god de mens geschapen? Waarom heeft de almachtige god niet voorzien dat de mens in de fout zou gaan, van die appel- of vijgenboom zou eten? Hoe kan een algoede god zoveel miserie en kwaad toelaten? Enzovoort, enzovoort. Dus, eens je over het scheppingsverhaal begint na te denken, blijkt het verre van eenvoudig of geloofwaardig te zijn. Ook al omdat je, als dat scheppingsverhaal niet klopt, niet kan kloppen, je aan de hele bijbel, de hele openbaring, de hele god kunt (en moet) beginnen twijfelen. Beslist niet eenvoudig. Maar voor wie het scheppingsverhaal   onkritisch aanvaardt, omdat het van jongs af ingegoten, voorgehouden wordt, is het wel makkelijk, je hoeft niet verder na te denken.

Eigenlijk geldt dit in grote trekken ook voor de wetenschappelijke evolutietheorie, die voor eerst in een aanvaardbare vorm werd gegoten door Charles Darwin (er bestonden voor hem al heel wat 'goddeloze' maar nog onvolmaakte evolutietheorieën) en die later verder wetenschappelijk werd onderbouwd en ondertussen rotsvast staat. Als je gewoon in die evolutietheorie gelooft, bijvoorbeeld omdat ze van jongs af voorgehouden, ingegoten wordt... dan is ook hier niets aan de hand. Maar als je de evolutietheorie ook wil begrijpen, echt verstaan, dan kost dat - anders dan bij het scheppingsverhaal - toch flink wat moeite. De evolutietheorie is minder eenvoudig en simplistisch dan het scheppingsverhaal en streelt (op het eerste gezicht) ook de menselijke ijdelheid niet. Want zeg nu zelf: we blijken niet het evenbeeld van god te zijn, maar verre familie van mensapen en uiteindelijk zijn we voortgekomen uit eencelligen, ja uit materie! Maar eens je je een inspanning getroost om de mechanismen van de evolutietheorie te doorgronden, is ze niet alleen bijzonder overtuigend en wetenschappelijk, maar ook bijzonder mooi. Want als wij mensen niet geschapen zijn, er geen (scheppende) god bestaat; als we dus geen uitverkoren wezens zijn, alleen maar levende wezens onder de levende wezens (planten en dieren), maar wél uitgerust met een stel hersenen dat ons in staat stelt om de wereld en de andere levende wezens op deze planeet bijna naar willekeur te beheren - dan valt ons een enorme en bijzonder mooie taak toe; we worden bij wijze van spreken zelf goden - wezens van vlees en bloed, sterfelijk dus, maar met een enorme macht en verantwoordelijkheid. 

Nu nog even over enkele misvattingen in je vraagstelling. Blijkbaar wéét je toch dat een en ander begon met de Verlichting. Maar die kwam niet alleen in Frankrijk op gang en Lodewijk XIV had daar ook weinig mee te maken. De Verlichting, zeker de radicale, kun je bijvoorbeeld laten beginnen in Amsterdam, met Spinoza, midden 17de eeuw (rond 1650 dus), maar ze kende ook enorme opgang in Groot-Brittannië en best wel nog meer landen. De Verlichting is de emancipatie uit de politieke, filosofische en morele verknechting van de mens. Het einde van het absolutisme en de van god gegeven (en dus absolute) macht van koningen en pausen. Radicale verlichters hadden vrijwel meteen door dat er geen god is. Geen god, dus ook geen schepping. Planten, dieren, mensen moeten dus ontstaan, gegroeid, geëvolueerd zijn. Ze zijn veranderd, veranderlijk, veranderbaar, maakbaar. Of met andere woorden, de evolutie-idee - alles beweegt, alles verandert - ontstaat samen met de Verlichting. Het is de overgang van een statische (gesloten) naar een dynamische (open) wereld. Mensen beginnen onafhankelijk, op eigen houtje te denken, los van god en alle zogenaamde van god gegeven instanties en machten. Instellingen, wetten en mensen zijn niet van god gegeven. Je mag/moet erover nadenken; je mag/moet ze veranderen. Dat is de doorbraak die Verlichting heet. Mensen nemen de macht en verantwoordelijkheid over.

(oktober 2009)