Over Darfur niets dan goeds

Vorige vrijdag, 9 november 2007, ging in Nederland de eerste Goed Nieuws Dag door. De initiatiefnemer, 'burgerjournalist' Robbert Zoon, wil al jaren iets doen aan wat hij de wanverhouding tussen negatief en positief nieuws noemt. De media, bericht de man uit eigen onderzoek, brengen achttien keer meer slecht dan goed nieuws. En dat terwijl volgens hem 83% van de Nederlanders behoefte heeft aan goed nieuws.

De media belichten de wereld eenzijdig. Leedvermaak scoort, dus brengen ze veel geweld, angst en sensatie. Daarom wil Zoon nieuws brengen over dingen die wél goed gaan. Over onthaasten, zingeving, praktisch idealisme. Serieus nieuws, positief en oplossingsgericht.

De eerste Goed Nieuws Dag werd een succes. Premier Balkenende en andere bekende Nederlanders lieten er zich positief over uit. Radio en televisie berichtten erover, regionale dagbladen brachten vrijdag alleen maar goed nieuws op de voorpagina's.

Uitgerekend die dag liep op de Nederlandse televisie de themadag Tot zover Darfur . Zo'n 264.000 mensen keken er naar, behoorlijk weinig voor prime time. Initiatiefnemer Aart Zeeman, van het actualiteitenprogramma Netwerk, wou iets doen aan de geringe televisieaandacht voor Darfur. Er zijn, luidt de zowel banale als schrijnende verklaring, gewoon te weinig beelden. Die zijn te duur, de Soedanese bureaucratie ligt dwars en het merendeel van de kijkers heeft er geen boodschap aan.

De Vlaamse pers wijdde bijna geen woord aan de themadag, nog aan het feit dat de Nederlandse media de hele week extra aandacht besteedden aan Darfur. Alleen De Standaard verwees vrijdag op haar televisiebladzijden in een piepklein stukje naar een documentaire over Darfur, The Devil came on horseback (BBC, 2007), die die avond door de Nederlandse televisie werd uitgezonden.

De terugkeer van de ­Belgische verloren zoon, de man die voor Ark van Zoé zogenaamde Darfuri-kinderen naar Frankrijk wou overvliegen, kreeg in onze nationale pers oneindig veel meer aandacht dan de hele Darfur-week in Nederland.

Er is nog meer goed nieuws. In De Volkskrant en De Standaard van vandaag (12 november) stelt Ronny Brauman, ex-directeur van Médecins sans Frontières (Frankrijk), dat het beeld van Darfur volledig vertekend is. Er is geen sprake van stelselmatige uitroeiing, laat staan van genocide. En anders dan verkondigd wordt, doet de wereld heel veel voor Darfur, er zijn constant dertienduizend hulpverleners in de weer. We worden misleid door propaganda. Vroeger, in 2003 en 2004, toen het conflict begon, toén was het erg. Maar nu, nu zijn er nog ternauwernood burgerdoden. De rampspoed in Darfur wordt overdreven. En dat leidt tot onbezonnen daden, zoals het ontvoeren van een honderdtal zogenaamde Darfuri-kinderen uit Tsjaad. We mobiliseren om te mobiliseren. Om ons goed te voelen, ons geweten gerust te stellen.

Te veel aandacht voor Darfur; je hoort het wel vaker de laatste tijd. Het geweld in oost-Congo hier en nu verdient meer aandacht dan Darfur. Daar is het grootste leed geleden en het staat al volop in de schijnwerpers. Rekenkunde van het leed, noemde ik dit ooit.

Maar toegegeven, eenmansacties kunnen gevaarlijk zijn en simplistische vergelijkingen van kampen in Darfur met Westerbork (een Nederlands-Duits doorgangskamp van waaruit joden richting Auschwitz en Sobibor werden gedeporteerd), zoals in Tot zover Darfur ; of die slordige verwijzingen naar Hitler in Sand and Sorrow . Onzorgvuldig en historisch betwistbaar maar wel begrijpelijk. Met Auschwitz en Hitler als absoluut kwaad, gaat wie met genocide wordt geconfronteerd bijna vanzelf vergelijken.

De toestand hier en nu in Darfoer is inderdaad minder erg dan 2003-04. Ergerkon ook niet. Komen we te laat? We komen te laat. Zoals altijd bij een genocide. Per definitie. Maar beter laat dan nooit. Er is nog ontzettend veel werk aan de winkel en de toestand kan elk moment opnieuw escaleren. Dagelijks nog komen te velen om van honger, ontbering, door geweld.

Tot slot nog een korte schets van de genocide in Darfur, met de klemtoon op wat er na het maken van Sand and Sorrow is gebeurd.

Aanleiding voor de eerste genocide van deze veelbelovende eeuw was de opstand van enkele rebellengroeperingen, begin 2003, tegen de economische, sociale en politieke achteruitstelling van Darfur. Het Soedanese regime reageerde meedogenloos, zette de Janjaweed ('duivels te paard') in, een arabische militie.

De Janjaweed en het Soedanese leger passen de tactiek van de verschroeide aarde toe. Oogsten vernielen, lijken van dieren en mensen in waterbronnen dumpen. Meer dan tweeduizend dorpen platgebrand; op 8 oktober laatstleden moest ook het stadje Haskanita (zevenduizend inwoners) eraan geloven. Khartoem bemoeilijkt en verbiedt soms humanitaire hulp.

Al dat geweld heeft naar schatting 200.000 tot 400.000 doden gekost. Iedereen is de tel kwijt. 2,5 miljoen burgers werden verjaagd, zijn ontheemd en leven in vaak erbarmelijke omstandigheden in vluchtelingenkampen in noord-Darfoer en Tsjaad. Meer dan vier miljoen Darfuri's zijn momenteel van humanitaire hulp afhankelijk.

De toekijkende wereld was al vroeg op de hoogte. In 2004 kwam de VS in actie. Voor het eerst in de geschiedenis werden wetenschappers ingezet om na te gaan of het wel om een genocide gaat. Want als dat het geval is moet de internationale gemeenschap, moeten de VN ingrijpen. In de zomer van 2004 interviewden 24 onderzoekers, het Darfur Atrocities Documentation Team , 1200 vluchtelingen in kampen in Tsjaad. Geen twijfel mogelijk, dit is een genocide. In september 2004 maakte Colin Powell, VS-minister van buitenlandse zaken, dit tot een politiek feit: genocide! Nu - denkt iedereen - moet de VN ingrijpen, nu zal de VS druk uitoefenen. Er gebeurt niets. Of toch, begin 2005 besluit een VN-commissie dat het geen genocide is.

Ook de VS bleven bij de pakken zitten, in schril contrast met haar militaire actiebereidheid in Afghanistan en Irak. Anders dan die twee landen is Soedan een gewaardeerd bondgenoot tegen het islamitisch terrorisme.

De internationale gemeenschap blijft als verlamd reageren. Rusland en China blokkeren elke sanctie. China neemt liefst twee derden van de olie van Soedan af. Ook andere landen zijn minstens indirect betrokken. Veel grote Belgische en Nederlandse banken en pensioenfondsen (zoals Fortis, KBC, ING, Robeco, ABN AMRO) investeren honderden miljoenen euro's in vier Aziatische oliemaatschappijen die in Soedan actief zijn. In de VS loopt al een tijd een campagne voor de-investering en ook in Europa acties op gang. Khartoem speelt de VS en andere grootmachten handig tegen elkaar uit.

Afrika is tegen westerse inmenging; licht te begrijpen na het arrogante machtsvertoon in Afghanistan en Irak. In de ogen van Afrikanen is de Veiligheidsraad een door de Amerikanen gedomineerde instelling. Dat Bush de VN zomaar aan de kant schoof om toch Irak binnen te vallen bewijst dat.

Maar er is hoop. In 2005 wordt de Afrikaanse Unie ingeschakeld om mensen in vluchtelingenkampen te beschermen. De troepenmacht is zevenduizend man zwak, militair onvoldoende uitgerust en mag alleen toezien, fotograferen, rapporten opstellen.

Niet getreurd. In 2006 richt de VN een nieuwe mensenrechtenraad op. Eind 2006 strandt een uitgezonden onderzoeksteam aan de grens van Soedan. Dan maar vluchtelingen in Tsjaad ondervraagd. Eens te meer luidt de conclusie dat de internationale houding bij hoogdringendheid moet veranderen. Rusland en China zijn tegen, Afrika ligt dwars. Dat ging enkele gematigde landen, Zambia en Ghana en ook enkele Aziatische en Latijns-Amerikaanse landen, te ver. Darfur zou hoger op de agenda geplaatst worden.

Augustus 2006, de hoop flakkert weer op. Resolutie 1706 van de Veiligheidsraad bepaalt dat 21.000 blauwhelmen zullen worden uitgestuurd. Maar niet   zonder uitnodiging van Khartoem. Het blijft wachten. De VS en VN dringen in april dit jaar aan, maar Khartoem weigert elke buitenlandse inmenging. Komt er geen vrede, dan komen er sancties dreigt de VS.

In mei dit jaar vaardigt het Internationaal Strafhof in Den Haag een aanhoudingsmandaat uit tegen twee relatief hoog geplaatste Soedanese politici wegens misdaden tegen de menselijkheid. Eén van hen is Ahmed Harven, verantwoordelijk voor de bewapening van de Janjaweed maar nu Soedanees minister van humanitaire zaken. Van uitlevering kan vanzelfsprekend geen sprake zijn.

In juli 2007 beslist de Veiligheidsraad dat tegen begin volgend jaar 26.000 blauwhelmen naar Darfur gaan, de grootste VN troepenmacht ooit. Maar, kondigt VN-secretarisgeneraal Ban Ki-moon in september aan, dat moet worden voorafgegaan door een vredesconferentie. Wil men de vredesmacht min of meer vredevol kunnen inzetten dan is een akkoord tussen de strijdende partijen meer dan wenselijk.

Met de vredesonderhandeling in zicht escaleert het geweld opnieuw. Alle partijen ballen de spieren. Begin oktober vermoorden rebellen tien vredesmilitairen van de Afrikaanse Unie. Op 26 oktober, de dag voordat de vredesonderhandelingen beginnen, plegen rebellen een aanslag op een door China geëxploiteerd olieveld.

De vredesonderhandelingen gaan door in Libië, met als gastheer president Moammar Gaddafi. Die heeft er in de voorbije decennia alles aan gedaan om de regio te destabiliseren, hij bewapende als eerste de Janjaweed. Een bondgenoot van Khartoem dus. De vredesconferentie werd na twee dagen opgedoekt. De twee belangrijkste rebellengroeperingen weigerden deel te nemen omdat aan de onderhandelingstafel te veel rebellenleiders zaten die het op een akkoordje wilden gooien met Khartoem.

Men had ook weinig vertrouwen in de Soedanese regering aangezien die het in mei 2006 in Abuja (Nigeria) gesloten (gedeeltelijk) vredesakkoord niet had gerespecteerd. De internationale gemeenschap heeft te weinig oog voor de versplintering onder de rebellen en de onderlinge strijd die ze voeren. Er zou druk moeten komen om één front te vormen. Maar de werkelijke reden van al dit mislukken is dat de internationale gemeenschap elke confrontatie met Khartoem uit de weg blijft gaan.

En dan nu Sand and Sorrow , een documentaire van Paul Freedman, met de medewerking van George Clooney. Volgens Ronny Brauman, oud-directeur van Artsen zonder Grenzen, maakt Clooney van Darfur een spektakel, een show.

Kijk zelf, denk na, oordeel, lig wakker. En, alsjeblieft, voel je niet goed.

Inleiding bij de documentaire Sand and Sorrow die op 12 november 2007 in de Sphinx in Gent werd vertoond aan zo'n vijfhonderd studenten van UGent. Een ingekorte versie verscheen op 16 november 2007 in De Standaard.